Harry ter Balkt (1938-2015) en zijn ‘nog steeds zeventien zoveel’
donderdag 12 maart 2015 – In het begin van de week overleed H.H. ter Balkt. Harry! Een groot dichter, in zijn tijd verdwaald en thuis. Voor hem hadden de woorden betekenis en vertelde de geschiedenis onophoudelijk verhalen. Schitterende zinnen en woorden verlieten de beeldentuin in zijn hoofd. Wie las mooier voor dan H.H. ter Balkt? Harry!
Ter Balkt, onderscheiden met de belangrijkste prijzen in het vaderlandse ondermaanse, wekte verzonken en verloren gewaande werelden tot hernieuwd en intens leven. Bijvoorbeeld in het gedicht ‘Jacob Roggeveen’.
Jacob Roggeveen
‘‘Donker verwilderd riet”
SlauerhoffHier in Middelburg en Veere, nog steeds zeventien
zoveel, de luchten kruidnagel en muskaat, de wolken
eilanden als die verre in zee, luiden de paasklokken
huiver, huiver. Groot staarden de stenen beeldenop het Paaseiland zonder kerken met hun stenen ogen
over de lege hemel en de oceaan. Zuidland, Zuidland
fluistert het duingras, zingt zijn lied: fluittoon
van stilte in het Oost-Indische Oor van de Compagnie.Kalm ruisten de palmen van Batavia, de kanten kragen
op Paaseiland Java; mijn drie schepen verdonkeremaand,
geleegd, ontdaan de ruimen van hun armzalige balen.Luid klopt de branding. De appelvink slaat. Zuidland
bestaat…, en met de lichte ganzenveer teken ik na
op de ventweg de dreunende stap van de stenen beelden.
‘Zeventien zoveel’ is bij Ter Balkt ‘nog steeds’ en daar is altijd hier. In Middelburg en Veere luiden de klokken en heersen de kerken, die op het Paaseiland niet gevreesd en gehoord werden. Huiver huiver in Zeeland. Nee dan het Zuidland! Op het Zuidland, dat voor Roggeveen bestond – ondanks de schijn van het ervaren tegendeel – en voor Ter Balkt ‘nog steeds’ bestaat, fluistert het duingras. Daar is de natuur bezield en zingt als een dichter. Daar horen we de appelvink en zien we de stenen beelden hun ogen uitkijken.
Ter Balkt – op iedere bladzijde van Hee hoor mij Ho simultaan op de brandtorens, zijn in 2014 verschenen ‘Verzamelde gedichten’ blijven je ogen haken – had in zijn zinnen wel wat van een sjamaan, maar dan een van deze en vergankelijk ogende wereld. Een tedere dichter ook.
En een aardig en hartelijk mens. Nooit meer Harry in zijn stoel? In gesprek met Willemien die aan tafel zat, de krant las en de profeet in eigen huis tegensprak en gelijk gaf. ‘Je overdrijft, Harry!’ en Harry wist dat zij gelijk had, altijd, en hij ook. Nooit meer Harry? Hee hoor mij Ho, hier in zijn woorden, H.H., nog steeds Harry en zijn beelden. — PA
Mooie hommage, Peter…