Was Weyerman een operaliefhebber?
donderdag 7 september 2017 – De afgelopen keren dat ik naar Engeland ging, nam ik wat citaten uit werk van Weyerman mee die een verband met Engels krantennieuws leken te hebben. De meeste van de voorgaande voetnoten heb ik gevuld met wat ik tijdens mijn vakanties in Albion heb gevonden.
Maar het lijstje bruikbare citaten is nu bijna afgestreept. Ik ben volledig door mijn stapeltje aantekeningen heen. Er resteren alleen nog een paar citaten waar ik heel graag iets over gezegd had, maar waarbij ik geen nieuws heb kunnen vinden. Met die citaten vul ik mijn voorlopig (?) laatste voetnoten.
In de Amsterdamsche Hermes van 30 december 1721 (deel I, nummer 14, p. 109) valt te lezen:
Londen. De heer Hendel is bezig met het componeren van een schoone Opera. De vermaarde Monsieur Quinault is de voornaamste Dichter geweest der fransche Operâs.
Weyerman lijkt in een Engelse (?) krant over de werkzaamheden van Händel gelezen te hebben. Gegeven de snelheid waarmee Weyerman het Engelse nieuws verwerkte, hield ik er rekening mee dat het bericht tot drie maanden oud was, maar ik heb het desondanks niet gevonden. Toch kan er zo’n aankondiging in de kranten hebben gestaan, want op 9 december 1721 ging Händels Floridante in Londen in première.
Maar áls Weyerman al door een berichtje over Händel getroffen was, dan zal daar de naam van Quinault niet in gestaan hebben. Die had niets met de Engelse opera van doen, en daarenboven was hij ruim 30 jaar eerder overleden (zijn jaartallen zijn 1635-1688).
Overigens hield Weyerman helemaal niet van opera. Dat blijkt onder meer uit het vervolg van zijn tekst:
(Nota Bene) dat het Opera een divertissement is, bestaande in zingen, huilen, en danszen, gelyk de gastmaalen der Amerikaansche Wilden.
Wie wil weten hoe Weyerman de Opera nog trefzekerder om zeep helpt dan de zangers zelf dat volgens hem deden, die volge de link.
Waarom Weyerman de naam van Quinault met opera associeerde, kan ik niet zeggen: Quinault werd meermalen vermeld in een verhandeling over opera van Jean Terrasson die in 1715 was verschenen (als onderdeel van zijn Dissertation critique sur l’Iliade d’Homere). Maar of Weyerman dat werk heeft gelezen, kan ik niet beoordelen. Quinault wordt niet genoemd in het lemma over opera in het woordenboek van Moréri. Quinault zelf kreeg overigens in het Supplément op dat woordenboek anderhalve kolom toebedeeld. Daar vinden we ook het gedichtje dat Weyerman vertaalde:
Ce n’est pas l’Opera que je fais pour le Roi
Qui m’empêche d’être tranquile; […]
Als iemand mij kan vertellen waarom Weyerman de naam van Quinault aan het begrip opera koppelde, of waar Weyerman zijn Händel-nieuwtje kan hebben opgepikt, dan houd ik mij aanbevolen! —Jac Fuchs