Voetnoot 27

‘Toen het alles OP op was …’

The Night Constable, door Richard Cooper (1785)

dinsdag 19 september 2017 – De afgelopen maanden heb ik passages van Weyerman aangehaald die te maken leken te hebben met nieuws dat in Engelse kranten gestaan heeft. Ik ben nu door de passages heen waar ik Engelse berichten aan kon passen. Op mijn bureau liggen alleen nog een paar citaten waar ik niets mee aan kon.

Zo is er de Moor op p. 159 van de Amsterdamsche Hermes I (nummer 20, 15 februari 1722), die Ordinaris in Londen hield, en door minstens 60 Moren ten grave werd gedragen. Of de boekverkoper Kreek, die werd aangesteld tot drukker van het kantoor der Artillerie (Amsterdamsche Hermes I, nummer 52, 22 september 1722).

Het versje over Norris, Law en Knight in de Amsterdamsche Hermes I (nummer 10, 2 december 1721) moet met de Windhandel te maken hebben. Maar in welke Engelse krant stond het? En wie was de overbejaarde dame wier  leeftijd, opgeteld bij die van haar minderjarige bruidegom, aan de honderd raakte? Weyerman schreef erover in de Kluyzenaar in een Vrolyk Humeur (nummer 16, juni 1733).

Van één citaat zit het mij wel heel bijzonder dwars dat ik er niets mee kan. Wie legt het mij uit? In de Ontleeder der Gebreeken deel II suggereert Weyerman op p. 158 (in nummer 20 van 26 februari 1726) dat zijn weekblad ook in Londen gelezen wordt:

Dewyl uw weekelykx Papier zomtyds met een Oostewind na Londen overvliegt, en met Vermaak geleezen wort van uwe Landsluyden, neem ik de Vryheyt, om uw een Tweegevegt mee te deelen, dat voorleden Zondag voorgevallen is, in het Veld van St. Joris, tusschen eene verklikkende *Konstabel, en een Engelsche Stier.
* Een Konstabel is een Officier in Engeland, die gestelt is om op de gemeene rust te zien, en de Moedwilligen in hechtenis te neemen.

Bewijs dat De Ontleeder naar Londen verscheept werd zal moeilijk te vinden zijn, tenzij er in een Engelse krant uit het blad geciteerd werd. Maar ook het tweegevecht is mij door de vingers geglipt: ik zou niet weten over welke gebeurtenis het gaat. Wie helpt mij??

Daarmee is – in ieder geval voorlopig – mijn laatste voetnoot geschreven. Rest me om af te sluiten met een Weyerman-citaat:

Maar ik zal […] alleenlyk vertellen, dat die gepluymde Heeren en Juffers aaten, dronken, lacghten, zongen, en Nooten kraakten dat men ’t een half uur ver kon hooren; en dat ‘er toen het alles OP op was ’er een algemeene Stilzwygendheyt ontstont, die ik nooit beleeft heb op eenige Byeenkomst van gegageerde Praaters of van kakelende Klappeyen.

Ik hoop dat de noten de Heren en Juffers gesmaakt hebben, maar ik hoop ook dat er op de site geen grote stilte zal vallen. —Jac Fuchs, met dank aan Rietje van Vliet voor het bewerken en op de site plaatsen van alle teksten en afbeeldingen.

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.