Voetnoot 122

Bronnen voor het derde deel van De Historie des Pausdoms 1 – De hoofdtekst

dinsdag 13 augustus 2019 – Jac Fuchs deed in 2008 een geweldige vondst. Hij ontdekte dat Weyerman de tekst voor de eerste twee delen van De Historie des Pausdoms (1725) ontleend had aan het Engelse tijdschrift The Weekly Pacquet of Advice from Rome: or, The History of Popery van Henry Care (1646-1688).[1]

De ontdekking was een enorme verrassing, want tot die tijd dacht iedereen dat dit satirische werk van Weyerman een oorspronkelijk werk was. Een bron voor het derde deel, dat in 1728 verscheen, kon echter nog niet worden gegeven.[2]

Dit derde deel opent met een ‘Opdragt aan den Baron van Ripper**’ [= Ripperda]. Daarna volgt er een uitgebreid ‘Aan den partydigen leezer’ en dan begint het werk, dat aansluit bij het tweede deel. De tekst bestaat uit twee ‘verdeelingen’, ieder met een eigen paginering. De eerste telt 163 pagina’s, de tweede 183 pagina’s. Hierna komt nog een zeer uitgebreid zakenregister op de drie delen van 16 pagina’s.

De hoofdtekst begint bij het jaar 1000. De pausen vanaf die tijd passeren weer de revue en het werk eindigt met paus Clemens VII (1523-1534). Het idee om alle pausen te beschrijven tot aan zijn eigen tijd, zoals Weyerman beloofde in enkele advertenties, maakte hij niet waar.[3]

Tussen de behandeling van de uitspattingen en misdragingen van de diverse pausen zitten ook nog andere teksten. In een volgende voetnoot zal ik daar op ingaan.

Wie het derde deel van De Historie des Pausdoms leest, raakt onmiddellijk onder de indruk van Weyermans belezenheid. Hij verwijst naar een enorme hoeveelheid bronnen. Hiermee imiteert hij Robert Burton, die ook heel veel verwijzingen heeft in zijn opus magnum The Anatomy of Melancholy

Door het onderzoek dat Jac Fuchs en ik nu al enkele jaren doen, weten we dat Weyerman een aardig boekenbezit moet hebben gehad, maar zoveel boeken is onwaarschijnlijk. Wat Weyerman wel heel vaak doet, is literatuurverwijzingen van een ander overnemen, zonder de echte bron te vermelden. Ik schreef dat nog in Voetnoot 114.

Juist de literatuurverwijzingen onderaan de pagina’s leidden mij naar de bron voor de hoofdtekst van het derde deel van De Historie des Pausdoms

Weyerman gebruikte voor beide verdelingen Histoire du papisme, ou abrégé de l’histoire de l’église romaine (Amsterdam 1685, 2 delen), geschreven door Johann Heinrich Heidegger (1633-1698). Heidegger, wiens portret hierboven is afgebeeld, schreef het werk oorspronkelijk in het Latijn (Historia papatus, 1684).[4] Beide uitgaven verschenen bij Wetstein in Amsterdam. Heidegger, afkomstig uit Zwitserland, bezocht Nederland, waar hij Coccejus ontmoette. Hij wees een aanstelling tot hoogleraar in Leiden en Groningen van de hand en keerde weer terug naar Zürich, waar hij hoogleraar theologie werd.

Histoire du papisme behandelt de geschiedenis van de pausen tot aan 1684. Aan het begin van het eerste hoofdstuk van het tweede deel staat:

Septième age de l’église romaine, ou son histoire depuis le Concile de Trente, & la separation des protestans. C’est à dire depuis l’an 1553. jusques à nôtre temps [vert. vanaf het jaar 1553 tot aan onze tijd].

Weyerman was ook van plan de pausen te beschrijven tot aan zijn tijd. In Den Echo des Weerelds lezen we:

Den Autheur der twee deelen van de HISTORIE des PAUSDOMS, laat by Inschryving drukken het VERVOLG op de HISTORIE des PAUSDOMS, beginnende met het jaar Duyzent, alwaar het Werk is blyven steeken, en eyndigende met Duyzent zeven hondert zeven en twintig; in welk Vervolg den SCHRYVER het geheeel [sic] Spel van de CONSTITUTIE komt te ontleeden, op een weezendlyke en op een vrolyke wyze.[5]

Weyerman volgt Histoire du papisme op de voet, maar keer op keer verlaat hij zijn bron en last hij tekstfragmenten in, die hij weer ontleende aan andere bronnen. Het derde deel van De Historie des Pausdoms zit hierdoor heel gecompliceerd in elkaar.

Uiteindelijk stopt Weyerman met de verzoening van paus Clemens VII met Karel V. In 1530 zou de paus Karel V officieel tot keizer van het Heilige Roomse Rijk kronen.

Met deze vondst is de bron voor de hoofdtekst van alle delen van De Historie des Pausdoms teruggevonden. In een volgende voetnoot zullen de andere teksten uit deel drie aan de orde komen. – Jan Bruggeman


[1] Jac Fuchs, ‘‘To give you a thorough insight shall be the scope of these successive sheets’. Enige nieuwe aanmerkingen over Weyermans Historie des Pausdoms’, in: Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman 32 (2009), p. 29-38.

[2] Op de titelpagina van het derde deel staat 1728, maar volgens advertenties in de Amsterdamse Courant (15 en 17 februari 1729) verscheen het werk op 17 februari 1729. Ook in De Doorzigtige Heremyt werd op 28 februari 1729 geadverteerd voor het derde deel.

[3] Liefhebbers van het werk van Weyerman konden voor het derde deel van de Historie des Pausdoms intekenen. Daartoe verscheen een apart Berigt met voorwaarden. In Den Echo des Weerelds (dl. 2, 1727, afl. 28, 29, 31) verschenen advertenties voor deze intekening.

[4] Ik vermoed dat Weyerman de Franse uitgave gebruikte. Ikzelf heb Weyermans werk vergeleken met de Franse tekst.

[5] Den Echo des Weerelds, dl. 2, afl. 28, 28 april 1727, p. 224.

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.

Eén reactie op Voetnoot 122

  1. Jac Fuchs schreef:

    Geweldig dat nu eindelijk ook duidelijk wordt hoe Weyerman te werk gegaan is bij het schrijven van het derde deel van de Historie des Pausdoms. Dit was met afstand de grootste ontdekking die er nog over het werk van Weyerman gedaan kon worden!
    Ik ben benieuwd naar wat er nog over de overige bronnen van dit werk onthuld zal worden. Het analyseren van de bronnen van zo’n omvangrijk werk is, als ik dat zo mag zeggen, een heidens karwei.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.