maandag 4 november 2013 – In Grave werd in 1788 de sociëteit Tot Nut en Vermaak opgericht. 225 jaar geleden, in het jaar ‘erna’. Op zondag 22 oktober werd het lustrum gevierd in de sociëteitsruimte aan de Hoofschestraat, met een glas Leffe en een fraai boekje. Er was veel nieuwsgierig volk en de kersverse burgemeester was er ook, hij bleef langer hangen dan hij wilde en hij zag dat het goed en gezellig was.
Het boekje dat het feest van Tot Nut en Vermaak opluisterde, heet De vlegeljaren van de Sociëteit Tot Nut en Vermaak en is geschreven door Leny van Lieshout. Het telt 70 bladzijden, is gul geïllustreerd en werd die zondag voor de afbraakprijs van 10 euro verkocht.
Al wel eerder had de sociëteit de eigen geschiedenis geboekstaafd. In 1988 was er een prachtig gedenkboek, maar daarin was over de eerste decennia van het bestaan weinig te lezen. Over de eerste halve eeuw was in 1837 door W. van Thuerenhout een boekje open gedaan, maar dat was in 1988 niet beschikbaar.
Het is onlangs opgedoken en geeft Leny van Lieshout de gelegenheid om de nogal verhullende geschiedschrijving te confronteren met ‘de bronnen’. Die bronnen worden niet in noten opgegeven, maar de omschrijvingen wijzen wie meer wil weten, wel in de goede richting. Het boekje is met smaak geschreven en terloops wordt een fraai neologisme geïntroduceerd: Oranjeklanterie.
Het beschrijft de eerste decennia van de sociëteit, die bij de oprichting opzichtig een ‘oranjeappel’ als symbool voerde. Verbazingwekkend, omdat juist Jan Alexander Krieger, een van de oprichters, in het prinsgezinde Grave te boek stond als patriot. Leny van Lieshout geeft een evenwichtig beeld van de kwestie en zwaait niet onmiddellijk met een windvaanvingertje. Ze laat zien dat de oranje vermomming van de sociëteit te goed werkte. Heel wat militairen werden lid van de sociëteit.
In 1794, het jaar dat Grave verwoest werd door Franse bommen en granaten, legden de patriotten in de sociëteit hun vermomming af. De vervlechting van de sociëteit met het stadsbestuur komt die eerste jaren van de Bataafse Revolutie goed tot uitdrukking. In 1798 werd de sociëteit omgedoopt in het ‘Constitutioneel Gezelschap’, de politisering van de Graafse sociabiliteit leek daarmee voltooid. Maar datzelfde jaar al nam de gezelligheid het over van het meningsverschil: er werd een kolfbaan aangelegd en een nieuw biljart geplaatst. De wilde haren van Grave werden in korte tijd in model gebracht, de vlegeljaren waren voorbij. — PA
¶ Leny van Lieshout, De vlegeljaren van de Sociëteit Tot Nut en Vermaak. Prijs: € 15 (70 blzz.). Te koop in onder andere het Graafs Museum. Meer info hier en hier.