Het aanzien van Bourgonje
woensdag 21 mei 2013 – Er is wijn en wijn.
In het weekblad De Philosooph bevat nummer 176 (15 mei 1769) ‘het journaal van een Lichtmis’. Die lichtmis legt aan het eind van zijn dagboek de zondige pen neer en sterft. Een ‘akelyk Schildery’ noteert de schrijver (P.) van dit nummer.
Gelukkig is er ook een prettiger schilderij: het dagboek van ‘myn Schoenmaaker’. Het leven van een braverik. Als de schoenmakersvrouw zich niet goed voelt, wil ze vasten! Zo zijn haar manieren. Oh ja, de zieke vrouw knapt na vasten en gebed weer snel op.
Nee, dan de (intussen overleden) lichtmis, die wist van geen matigheid en dronk ‘Bourgogne’. Die wijn was – in zijn woorden – ‘abominabel’, ‘ik ben meer ziek dan dronken’. Zo loopt er een smal potloodstreepje van Bourgogne naar voortijdig sterven.
Wie het in de achttiende eeuw over Bourgogne heeft, komt snel uit bij de vermeende grootgebruiker prins Willem V. Een wijnvat, een varken dat drinkt uit een trog met Bourgogne. Spotprenten werden niet moe de verbinding tussen de stadhouder en déze wijn te leggen.
Speelde de diskwalificatie van de Bourgogne uit 1769 vijftien jaar later nog een rol? Was wie in de buurt van de Bourgogne kwam per definitie een losbal, een ten dode opgeschreven lichtmis? Meer Bourgondische passages kunnen hierbij helpen.
Of is en was wijn wijn? — PA