vrijdag 25 juli 2014 – ‘Het is op die 13de december 1812 bijzonder slecht gesteld met Jean François Dumonceau, in 1790 geboren in Brussel, op twaalfjarige leeftijd verhuisd naar Groningen en sinds 1805 in dienst van Napoleon. Het vriest dat het kraakt en hij is niet alleen zijn knecht Jan en zijn paard Liesje kwijtgeraakt, ook van zijn ooit zo prachtige rode uniform is niet veel meer over dan lompen.’
Deze passage komt uit een artikel uit Trouw van twee jaar geleden, dat ik indertijd heb uitgeknipt met het voornemen het Franstalige dagboek van deze Brusselse Groninger, in dienst van Napoleon, eens in het Nationaal Archief te raadplegen.
Dat laatste is eigenlijk niet meer nodig, want Willem Oosterbeek, de schrijver van het bewuste krantenartikel, heeft er zojuist een (vrije) vertaling van op de markt gebracht.
Dumonceau – of Du Monceau – was nog een kind toen hij begon aan wat een lange carrière in het leger zou worden. Als we het NNBW mogen geloven trad hij, zoon van een generaal, op negenjarige leeftijd als volontair in Bataafse dienst, in de rang van kanonnier bij het vierde bataljon artillerie te Groningen (1799). Op z’n vijftiende werd hij benoemd tot tweede luitenant bij het regiment Bataafse dragonders.
Na de inlijving van Holland bij Frankrijk kwam hij terecht bij de Franse keizerlijke garde onder de naam van 2e regiment gardelanciers. Hij was ritmeester in dit korps en trok in 1812 mee met de beruchte veldtocht naar Rusland. Ondanks, of misschien wel dankzij zijn nog jonge leeftijd verwonderde hij zich over de dingen die hij onderweg zag. Iedere dag noteerde hij zijn observaties en belevenissen, waardoor je je nu, als lezer, een goed beeld kunt vormen van de veldtocht naar Moskou en terug.
De memoires van Dumonceau blijken overigens al in 1958 te zijn uitgegeven, als onderdeel van een driedelig werk over het hele werkzame leven van Dumonceau (dus inclusief de Belgische Opstand in 1830). Oosterbeek heeft er een selectie uit gemaakt en die memoires vertaald:
Bij de selectie van de fragmenten […] heb ik me laten leiden door de momenten waarop Dumonceau zich een scherp observator betoont. Het zijn episodes waarin hij de omgeving beschrijft, of waarin hij vertelt over zijn zwerftocht over het slagveld na afloop van de gevechten. De fragmenten ook waarin duidelijk wordt hoe het dagelijkse leven van een soldaat – weliswaar een geprivilegieerde soldaat, maar toch – eruitzag tijdens de tocht van Napoleon naar Moskou en terug. En natuurlijk ook de momenten waarop zich het meeste drama voordoet in deze toch al dramatische tocht.
Naar Moskou! Naar Moskou! is een mooie titel voor dit boek. Het is overigens de kreet waarmee Napoleon tijdens de veldtocht door zijn manschappen werd begroet. Jammer dat Oosterbeek noten beschouwt als een ‘hinderlijke onderbreking van het leesgenot’. Maar verder vlot geschreven. De echte Napoleonfreaks zullen alsnog naar het NA moeten afreizen of teruggrijpen naar het Franstalige origineel. — RvV
¶ Willem Oosterbeek, Naar Moskou! Naar Moskou!. Memoires van een officier uit de Lage Landen in het leger van Napoleon. Athenaeum-Polak & Van Gennep 2014. ISBN 9789025304003. Prijs: € 17,50 (160 blzz.). Lees hier een bespreking. Voor de liefhebbers: het artikel in Trouw (23 juni 2012) vind je hier.