Schuiven met kunst

donderdag 28 mei 2009 – Spinnen, vissen en torren. De koning van Spanje krijgt ze vandaag terug, nadat ze enkele decennia lagen opgeborgen in de Artis Bibliotheek van de UBA.
Het gaat om tekeningen die dienden voor het ontwerp van de Locupletissimi rerum naturalium thesauri accurata descriptio. Dat is de catalogus van alle gedroogde piertjes en miertjes uit het naturaliënkabinet van Albertus Seba, apotheker te Amsterdam.

De tekeningen waren ooit in het bezit van Johannes le Francq van Berkhey, lector natuurlijke historie aan de Leidse universiteit.
Berkhey liet zich door alles en iedereen op de kast jagen. Dit werd zelfs een lokale sport, die uiteindelijk heeft geleid tot een prachtige collectie spotprenten, spotdichten, spottijdschriften, spotpaskwillen en ga zo maar door.

Maar ook hijzelf gooide met modder. Eerst was het nog om onschuldige zaken. Maar in de jaren tachtig was het vooral om de positie van de stadhouder. Als overtuigd, nee, rabiaat orangist viel Berkhey iedereen op papier aan die geen oranje kokarde droeg.

Dit leidde in 1785 tot zijn faillissement. Als lector werd hij gediskwalificeerd. In het overwegend patriotse Holland kreeg hij geen koopman of bankier meer zo gek om geld aan hem te lenen.
Zijn enorme collectie prenten ging naar Madrid, waar ze nog altijd de grootste verzameling ter wereld is. Je kunt de prenten bewonderen in het Museo Nacional de Ciencias Naturales en de Real Jardin Botánico.

De ontwerptekeningen behoorden ook tot die collectie. Totdat ze in de jaren ’90 in Amsterdam te koop werden aangeboden. De herkomst vond men toen al onduidelijk.
Nu gaat het gestolen goed dus weer terug naar Spanje.

De kwestie is anders dan die van de beelden van Berkheys politieke aartsvijand Joan Derk van der Capellen tot den Pol. Die zijn niet gestolen. Die zijn nooit opgehaald. Die staan sinds 1789 te verkommeren in een Romeinse tuin.