Ondernemers in het Haagse notarieel

donderdag 24 augustus 2023 – In deze bijdrage verwijs ik weer naar enkele aktes in het notarieel archief van Den Haag. Omdat het opnemen van links naar specifieke aktes niet mogelijk is, staat aan het eind van deze bijdrage een instructie over hoe deze aktes van thuis uit online te bekijken zijn.

In het Haagse notarieel komt een grote variatie in beroepen voor. Sommige daarvan kunnen wel wat uitleg gebruiken. Pauls Schenk bijvoorbeeld, die in meerdere aktes ‘meester wielenmaker’ genoemd wordt, maakte meer dan alleen wielen: hij wordt elders ook ‘karossemaker’ genoemd. En was een ‘Joode koopman’ gewoon een Joodse koopman? Ik denk het niet, want andere Joden in dezelfde akte van 7 januari 1724 bij notaris Pieter de Lange worden niet expliciet als Jood aangeduid: Abraham Israel Marques was vermoedelijk een handelaar in tweedehands spullen (kleding?) (notaris 3.419, inv.nr. 2386, afbeeldingen 6-7).

Fakkels waren kennelijk een gewild product, want op 1 mei 1724 noteerde notaris Cornelis van Canegies dat wijlen Pieter de Hont tijdens zijn leven ‘flambauwmaker’ geweest was (notaris 3.352, inv.nr. 1843, afbeelding 155). En wie kent nog de ‘spiegel foelij slager’? Die maakte en monteerde, zo lijkt het, de reflecterende laag die achter glas geplaatst werd om het tot een spiegel te maken. Arij Wisdom was er een, maar het lijkt hem niet voor de wind te zijn gegaan. Op 17 februari 1724 droeg hij bij notaris Willem van Belle niet alleen een voorraad tin en zijn gereedschap over aan een Amsterdamse koopman in tin, maar zo te zien ook al zijn huisraad (notaris 3.427, inv.nr. 2467, afbeeldingen 20-22). 

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

De grootse projecten van boekhandelaar Pierre Gosse sr.

maandag 21 augustus 2023 – In deze bijdrage verwijs ik weer naar enkele aktes in het notarieel archief van Den Haag. Omdat het opnemen van links naar specifieke aktes niet mogelijk is, staat aan het eind van deze bijdrage een instructie over hoe deze aktes van thuis uit online te bekijken zijn.

Bij het bladeren door het Haagse notarieel kom ik veel akten tegen van boekverkopers. E.F. Kossmann is mij voor geweest met een structurele doorzoeking van het notarieel archief op dat gebied, en heeft veel aktes genoemd in zijn publicatie over de boekhandel in Den Haag in de achttiende eeuw. Maar hij kon niet elk detail vermelden. Ik ben dan ook op enkele aktes gestuit die Kossmann niet, of niet in detail vermeldt. Of ze al door anderen gesignaleerd zijn?

Zoals Kossmann al schreef: de grotere Haagse boekhandelaren zaten met grote regelmaat bij de notaris om elkaar bedragen van duizenden guldens te betalen voor direct, of op veilingen gekochte boeken. Maar die betalingen deden ze dan wel af met obligaties, papieren schuldbekentenissen die in termijnen afgelost worden. Ze hadden daar zo te zien ook geen huis-notaris voor, ze waren kind aan huis bij meerdere notarissen: het lijkt wel als of ze niet wilden dat er één notaris zicht kreeg op alle transacties van een boekhandelaar. 

De constructie spatte uiteindelijk als een zeepbel uit elkaar. Het zou mooi zijn als die handel nog eens onderzocht werd, maar dat is een complexe klus, zeker nu er nog geen goede index op het Haagse notarieel is. In mijn digitale rondwandeling in het Haagse notarieel archief kwam ik herhaaldelijk ene Jan Nijman tegen. Wat was zijn rol in dit Haagse piramidespel? Nijman kocht zulke obligaties aan de lopende band op; hij moet er uiteindelijk flink het schip mee in gegaan zijn. 

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Jacob Eduard de Witte in Oss (1792)

dinsdag 8 augustus 2023 – In zijn Haagse gevangenis had Jacob Eduard de Witte zich van landverrader omgeschoold tot schrijver. Na zijn vrijlating in 1790 had hij nog wel veel last van de hem opgelegde ‘eeuwige verbanning uit Holland, Zeeland, Friesland en Utrecht’. Hij verkaste daarom naar Rosmalen, om er te trouwen met Maria van Zuylekom, die hem in het gevang zo vaak gezelschap had gehouden. Vervolgens vertrok hij via Zaltbommel naar Heesch (bij Oss) en Oss. 

Vanuit de Generaliteitslanden bestookte De Witte uitgevers en genootschappen met zijn gedichten en andere geschriften. In 1791 verscheen het eerste deel van zijn Dichtkundige en prozaïsche mengelschriften, waarbij onder het ‘Voorbericht’ Heesch als plaats delict vermeld stond. Dat deel bevatte het ‘Vertoog, over den staat des Landmans in de Majorije van ’s Bosch’, waarvan veel gedoe kwam en waarover ik eerder schreef. Het tweede deel kwam uit in 1792 en daar was ‘Osch’ de nieuwe woonplaats. 

Over Jacob Eduard de Witte en zijn wonderlijk leven is de laatste jaren veel gepubliceerd. In 1993 verzorgden Grietje Drewes en Hans Groot een tekstuitgave van de autobiografie die De Witte in 1825 schreef en die reikte tot 1790. Welsprekende titel: Fragmenten uit de roman van mijn leven, maar niets over Heesch en Oss natuurlijk. In 2006 deed Arianne Baggerman in De andere achttiende eeuw verslag van haar ontdekking van een vervolg op die autobiografie: Brieven van een tachtigjarigen grijsaard, thans nog verkeerende in de kerker, in 1830 uitgebracht door uitgeverij Johannes Noman in Zaltbommel. Dat vervolg is gemakkelijk te raadplegen, dankzij Google, maar informatie over de dagen in Heesch en Oss is er niet te vinden. 

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

‘Achttiende eeuw, niks’

woensdag 2 augustus 2023 – Het heeft geen zin om doden tegen te spreken en al helemaal niet de dode geweldenaar Armando. Met plezier en heel vaak met instemming las ik Gesprekken met Armando. ‘Ik bel je wel als ik dood ben´, opgetekend door Cherry Duyns, maar op bladzijde 342 fronsten mijn wenkbrauwen zich. Armando sprak over het bijzondere fenomeen van de kortstondige opeenhoping van talent. Je had dat in de Italiaanse Renaissance en in Nederland in ‘zeventiende eeuw’, die eeuwen wemelde het van de goede schilders, maar een eeuw later was het afgelopen, ‘de achttiende eeuw is niks’.

Oh, de schilders, hm, voor de schrijvers geldt dat oordeel natuurlijk niet. We kunnen het Armando niet meer vragen, maar bij nader inzien betwijfel ik of Armando voor de schrijvers van de achttiende eeuw waardering had opgebracht. Vermoedelijk kende hij ze niet eens.

Aan die categorische afwijzing moest ik denken toen ik ruim een maand geleden door Parijs stiefelde en

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Alom Willem V

zondag 30 juli 2023 – In 1768 vereerde de kersverse stadhouder Willem V met zijn kersverse echtgenote Wilhelmina van Pruisen de stad Amsterdam met een meerdaags bezoek. Hij was twintig, zij nog geen zeventien, net getrouwd. Het grenst aan de kindermishandeling. In de Amsterdamse dagen deed de stad het steeds maar weer voorkomen alsof Willem de onderdaan was. Hij op zijn beurt probeerde de indruk te wekken dat hij het binnenkort voor het zeggen zou hebben. Willem slaagde er beter in dan de stadsregering om de harten van de stedelingen te winnen.

Aan Willem V en Wilhelmina en hun bezoek aan Amsterdam is in het Koninklijk Paleis een interessante tentoonstelling gewijd, veel beeldmateriaal en weinig tekst. In het bijzonder de portretten van Willem en Wilhelmina zijn bijzonder de moeite waard. Al was het maar omdat hij veel minder als een onnozele bollewangenhapsnoet oogt. Portretschilders deden uiteraard ook hun best om de geportretteerden op hun voordeligst af te beelden, maar dat neemt niet weg dat de stadhouder op de portretten een goede kop heeft. De Pruisische prinses, een meisje nog maar, krijgt op schilderijen meer dan eens een boek in haar handen gedrukt. Ik heb geprobeerd vast te stellen om welk boek het ging, maar vergeefs.

In het Koninklijk Paleis is geen (kleine) catalogus te koop, maar wel een uitvouwbaar blad ‘De prins en de stad’, met een stadswandeling door achttiende-eeuws Amsterdam. In 10.000 stappen. In gedachten heb ik die stappen gezet, de voeten volgen nog wel eens. Zoals ik ook vast van plan ben de tentoonstelling nog eens te bezoeken.

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Verzegelen en ontzegelen 

Speuren in het notarieel archief van Den Haag

vrijdag 28 juli 2023 – In deze bijdrage verwijs ik weer naar enkele aktes in het notarieel archief van Den Haag. Omdat het opnemen van links naar specifieke aktes niet mogelijk is, staat aan het eind van deze bijdrage een instructie over hoe deze aktes van thuis uit online te bekijken zijn.

Bij de notaris kon je voor je testament terecht. Gebruikelijk was dat je de notaris de tekst liet opschrijven en dat deze je daarna een verzegeld exemplaar mee gaf. Maar het gebeurde ook wel dat iemand met een kant-en-klare tekst bij de notaris kwam die hij verzegeld wilde hebben. De notaris legde dan in zijn protocollen vast dat hij zo’n verzegeling had uitgevoerd.

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Op naar het ‘sterck stedeke’ Ravenstein

zondag 23 juli 2023 – Van de Maas gezien ligt het vestingstadje er lieflijk bij, maar wie door de stadspoort Ravenstein betreedt zal pas echt verrast worden.

Op 16 september gaat de Stichting Jacob Campo Weyerman op expeditie naar het hart van Het Land van Ravenstein, het ‘sterck stedeke’ Ravenstein. De stad is behalve over water en via de weg (per fiets, automobiel) te bereiken per spoor. Ravenstein ligt ergens halverwege de spoorverbinding tussen Nijmegen en ’s-Hertogenbosch.

Was Weyerman ooit in Ravenstein? Misschien op doorreis, maar harde bewijzen zijn niet gevonden. Zeker is wel dat een groot aantal leden van de Stichting naar Ravenstein zal afreizen.

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Sara Burgerhart en de boeren

De idylle van Klaartje en Pieter

dinsdag 18 juli 2023 – Wanneer het de laatste tijd over de roman Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart van Wolff en Deken ging, werd steevast de link gelegd met de ‘me-too’-discussie. Dat is ook niet zo vreemd: Sara wordt immers seksueel belaagd door een als lichtmis aangeduide heer R. Dat wordt beschreven in brief 139.

Hoewel het in het afgelegen buitenhuis niet tot de door R. nagestreefde verkrachting komt, ontstellen de met angst beleefde minuten Sara enorm. Wat de gelijkenis met veel gevallen van ‘me too’ sterk maakt, is dat R. het verweer van Sara niet serieus neemt, het als een door Sara gespeeld toneelstukje ziet en meent dat haar nee een vermomd ja is.

De vraag naar de schuld beantwoordt de roman zonder omwegen: uiteraard R. en met hem een groep van verdorven mannen. R. staat in de roman echter niet alleen, hij correspondeert met een andere lichtmis (Jan G.) en hij representeert een reeks waarden – masculien, adellijk, standsbewust, materialistisch, anti-matrimonieel, atheïstisch –, die in de roman alle als overtredingen van goede, gezonde en vaderlandslievende normen worden gezien.

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Meesters en leerlingen in het Notarieel Archief van Den Haag

dinsdag 11 juli 2023 – In deze bijdrage verwijs ik weer naar enkele aktes in het notarieel archief van Den Haag. Omdat het opnemen van links naar specifieke aktes niet mogelijk is, staat aan het eind van deze bijdrage een instructie over hoe deze aktes van thuis uit online te bekijken zijn.

In de achttiende eeuw waren ambachtslieden verenigd in gildes, ook in Den Haag. Volwaardige gildeleden, de meesters, konden leerlingen aannemen en wegwijs maken in hun ambacht. Ik heb maar zelden een overeenkomst van een meester met de voogd (doorgaans de vader) van een op te leiden leerling gezien, maar ik vond er twee in het Haagse notarieel.

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

De boer als kannibaal, hekeling voortgezet

maandag 26 juni 2023 – Jacob Eduard de Witte liet liever niet met zich spotten. In het anonieme pamflet Als u een ezel schopt, wie zal uw rechter zyn?, waarover ik hier eerder schreef (hier en hier), werd De Witte geportretteerd als een wraakzuchtig idealist: de boeren waren geen Arcadische modelburgers, maar nors en argwanend in hun contacten met de burgers en dat zette hij de boeren betaald. 

De Witte antwoordde met een pamfletje getiteld Antwoord den zot na zyne dwaasheid; Op dat hy in zyne oogen niet wys en zy. Het kwam uit in Den Bosch bij de Weduwe C.A. Vieweg en Zoon. In het voorwerk schreef De Witte dat zijn repliek geschreven was in Oss, ‘den 8 Mey 1792’. Van het pamfletje zijn slechts weinig exemplaren overgeleverd.

De Witte portretteerde zich als een gekweld mens. Hij was een publicq schryver’ en wat hij schreef werd nu eenmaal gelezen en gekritiseerd: Die aan den weg timmert heeft veel beziens’. Nu was hij het slachtoffer van een ‘naameloozen schotschryver’, die hem ‘op een laffe en kwaadaartige wyze’ had geattaqueerd. En dat terwijl zijn bedoelingen zo goed waren: hij had ‘myne verlichtere Medestervelingen’ alleen maar willen aansporen neer te zien op ongelukkige natuurgenoten.

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen