Beschilderde deuren

woensdag 11 september 2024 – In mijn vorige bijdrage besprak ik de anekdote dat Dr. Radcliffe, de buurman van Godfrey Kneller, tegen de schilder zou hebben gezegd dat hij bang was dat deze een deur in een tuinmuur zou beschilderen. Schilderijen die als gezichtsbedrog bedoeld zijn, zijn er genoeg. Maar kende ik voorbeelden van beschilderde deuren?

Het eerste voorbeeld dat me te binnen schoot, was niet echt een deur: het werk van Samuel van Hoogstraten. Van Hoogstraten leverde voor Engelse buitenhuizen doorkijkjes die een ruimte suggereerden die niet bestond. Een prachtig voorbeeld bevindt zich nog steeds in Dyrham Park, zo’n twaalf kilometer ten noorden van Bath. Het is een doorkijkje op ware grootte, dat gemonteerd is aan het einde van een gang, voor een buitenmuur, maar je kunt er dus geen deur openen.

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | 1 reactie

Weyerman, George Vertue en Godfrey Kneller

Was Kneller een hork?

zondag 1 september 2024 – George Vertue (1684-1756), graveur en kunstenaarsbiograaf, had goede banden met de portretschilder Godfrey Kneller (1646-1723) en diens assistenten. Weyerman schrijft dat hij bij Kneller heeft gewerkt en zou Vertue ontmoet kunnen hebben. Hoe kan het dan dat Vertue en Weyerman elkaar niet als kunstenaar noemen?

Een verklaring kan zijn dat de carrière van Vertue (naar eigen zeggen) pas rond 1710 op gang kwam, terwijl Weyerman naar mijn inschatting rond 1704 in het atelier van Kneller werkte. Weyerman had bovendien bitter weinig op met Kneller en zal er snel weer op straat gestaan hebben. Ze zijn elkaar waarschijnlijk nooit tegen het lijf gelopen.

Weyerman en Vertue zouden elkaar ook gekend kunnen hebben via hun gemeenschappelijke vriend Jan Peeters (‘John Pieters’). Vertue was goed bevriend met deze schilder, die jaren voor Kneller gewerkt heeft en die in 1723 overleed. Ook Weyerman zegt met Peeters bevriend te zijn geweest. In De levens-beschryvingen der Nederlandsche konst-schilders en konst-schilderessen bespreekt hij Peeters wel, maar hij blijkt diens voornaam en overlijdensjaar niet te kennen.

Peeters heeft Weyerman mogelijk wel even als assistent van Kneller bezig gezien, maar lijkt voornamelijk als kunstkoper met hem te maken gehad te hebben. Hij heeft vermoedelijk weinig of geen zelfstandig schilderwerk van Weyerman gezien. Peeters zal daarom niet met Vertue over Weyerman (als schilder van formaat) gesproken hebben. 

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Weyerman en de aantekeningen van George Vertue

donderdag 22 augustus 20124 – In mijn vorige bijdrage liet ik zien dat verschillende teksten uit De levens-beschryvingen der Nederlandsche konst-schilders en konst-schilderessen van Weyerman hun weg hebben gevonden naar La vie des peintre flamands, allemands, et hollandois van de Vlaamse schrijver Jean-Baptiste Descamps.

Ook in Engeland waren kunstenaarsbiografen actief. Een bijzonder geval was de graveur George Vertue (1684-1756). Hij hield vanaf 1713 tot aan zijn dood aantekeningen bij over graveertechnieken, over kunstverzamelingen die hij bezocht, en over de levens van schilders die in Engeland werkten of gewerkt hadden. Vertue kwam niet aan publiceren toe, maar dankzij schrijver-politicus Horace Walpole, die de ‘notebooks’ kocht van Vertues weduwe, is de inhoud bekend geworden. Walpole gebruikte de boekjes namelijk bij het schrijven van zijn vierdelige Anecdotes of painting in England (Strawberry Hill 1762-1771).

Maar inhoud van de circa 40 ‘notebooks’ is ook langs andere weg bekend. Viavia zijn de meeste ‘notebooks’ namelijk in de British Library terechtgekomen. Een selectie van 21 boekjes werd in de vorige eeuw uitgegeven in zes jaarboeken van de Walpole Society, een vereniging die kunsthistorische studies publiceert. Daarna is er een streep onder het project gezet. 

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Weyerman en de kunstenaarsbiografieën van Descamps

woensdag 14 augustus 2024 – Op 20 juni jl. wees ik op het hergebruik van teksten uit De levens-beschryvingen der Nederlandsche konst-schilders en konst-schilderessen van Weyerman. Dit werk werd in de achttiende eeuw door meerdere auteurs gelezen én gebruikt in hun eigen werk. Zo verscheen in de jaren 1751-1763 in Parijs La vie des peintre flamands, allemands, et hollandois van Jean-Baptiste Descamps. Het was een werk in vier delen: deel 1deel 2deel 3 en deel 4. De naam Descamps suggereert dat de auteur een Fransman was, maar blijkens het ‘Avertissement’ in deel 1 was hij geboren en getogen in Vlaanderen.

Descamps over kunstenaarsbiografieën
Weyerman kreeg bij Descamps zijn eigen lemma, in deel 4 op p. 209-212. Daar is het oordeel over hem vernietigend: Weyerman schrijft ‘avec esprit & même avec érudition’, maar zijn schrijfsels zijn zedenbedervend. Wat hij aan Houbraken had ontleend, of van schilders zelf had gehoord, was correct, maar de rest was één grote onwaarheid.

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

De ondoorgrondelijke wegen van dominee Velse

woensdag 10 juli 2024 – Weyerman heeft de Haagse dominee Henricus Velse (1683-1744) vrijwel zeker persoonlijk gekend. Onder het postume portret van Velse, bovenaan deze bijdrage, staat namelijk een vierregelig vers van Weyerman. Maar dat zegt nog niet alles.

In 1744, toen dominee Velse overleed, scharrelde Weyerman passages uit de stichtelijke Resolves van Owen Felltham bij elkaar om te komen tot het Treurvertoog ter loflyker geheugen van den godgeleerden, godvruchtigen, liefdaadigen heer Henrik Velse, leeraar van de Hervormde Nederduitsche Gemeente in ‘sGravenhage, overleeden op den 9 van de Louwmaand, in den Jaare 1744. Dat Weyerman in de Gevangenpoort in zijn eigen levensonderhoud moest voorzien, speelde bij zijn treurend schrijven vermoedelijk een grotere rol, dan intens verdriet om het overlijden van de predikant. Hoewel? Dominee Velse had zich wel bekommerd om het geestelijk welzijn van de bewoners van de Gevangenpoort: hij regelde dat het Hof van Holland er een catechiseermeester aanstelde. En mogelijk hielp hij Weyerman aan een vertaalklus.[1]

Over dominee Velse is bij mijn weten niet veel geschreven. Ik ben hem vorig jaar driemaal tegengekomen in archiefstukken. Die stukken roepen alle drie vragen op. Tweemaal lijkt de dominee niets aan te rekenen, maar bij het derde stuk heb ik geen idee wat erachter steekt.

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Interview met Peter Altena over Nieuwsgier

donderdag 4 juli 2024 – Op de website Neerlandistiek verscheen vandaag een interview met Peter Altena, onder campisten wel bekend, over de biografie Nieuwsgier die hij schreef over Weyerman. Interviewer van dienst is de Nijmeegse taalkundige Marc Oostendorp.

https://youtube.com/watch?v=LGbPYuES34k%3Fsi%3DTZMyCzeY5nLy0OcW
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Weyerman kende zijn klassieken!

maandag 1 juli 2024 – In mijn vorige bijdrage aan deze site schreef ik over de schilderslevens in de tweede druk van Harlemias van Theodorus Schrevelius. In de Harlemias viel mijn oog op een vierregelig vers, dat deel uitmaakt van de levensbeschrijving van Philips Wouwerman. Zoals ik daar betoogde, is die tekst overgenomen uit Weyermans De levens-beschryvingen der Nederlandsche konst-schilders en konst-schilderessen. In dat werk is het vers inderdaad (met kleine varianten) te vinden:

Een Mans hart kropt zijn spijt, die uytbarst by die Beulen, 
By die verstoorders van ’t konstschilderachtig luk;
Des 
Jan de Wet, toen Piet by hem om ’t geld kwam heulen, 
Den Schilder roesten liet, en wars keek van het stuk. 

De ‘Beulen’ in het vers zijn ‘Keelbeulen’: kunsthandelaars die voor een appel en een ei werk van schilders opkochten om er een flinke winst op te maken. Het vers vat een deel van een verhaal samen over Pieter van Laar, die weigerde om voor 200 gulden een schilderij te verkopen aan de kunstkoper Jan de Wet. De Wet neemt wraak op Van Laar door een vergelijkbaar schilderij te bestellen bij Wouwerman om daarmee Van Laar uit de markt te prijzen.

Kortom: dit kwatrijn is 100 procent Weyerman: een samenvatting binnen een verhaal dat hij vertelt, waarin harde woorden over kunstkopers vallen. Of toch niet?

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Het Graf en het graf

vrijdag 28 juni 2024 – Een paar weken geleden verscheen in het Jaarboek van de Maatschappij het levensbericht van Piet Buijnsters. Als het gaat om Buijnsters, was en ben ik een buitenstaander, maar omdat niemand zich opwierp als zijn levensbeschrijver heb ik me veroorloofd om dat levensbericht te schrijven. Niet zonder hindernissen. Niet iedereen werkte gemakkelijk mee én op weg naar een gesprek in Haarlem kwam ik in Amsterdam, op perron 1, lelijk ten val. Met een bebloed hoofd heb ik het gesprek afgezegd. Het is er overigens ook niet meer van gekomen, van dat gesprek in Haarlem.

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Hergebruik Weyermans Levens-beschryvingen der Nederlandsche konst-schilders 

donderdag 20 juni 2024 – Half april kwam Nieuwsgier uit, de langverwachte biografie van Jacob Campo Weyerman. Natuurlijk kon niet alles wat er de afgelopen decennia over Weyerman op papier (en op de site) gezet is in de bijna 300 bladzijden van het boek ingepast worden, maar het is toch geworden wat ik gehoopt had: een uitstekend geschreven overzicht van leven en streken van Weyerman.

Heeft Weyerman daarmee als onderwerp van onderzoek afgedaan? Ik denk het niet. De tijd van baanbrekende ontdekkingen is voorbij, maar er valt nog genoeg te verklaren over de inhoud van zijn werken, om zo beter te begrijpen wat er in het hoofd van Weyerman omging. Er zijn nog altijd titels van werken van Weyerman waarvan geen enkel exemplaar bekend is. En elke vondst in een archief die een nog beter licht op zijn leven zou kunnen werpen, zou nieuws zijn. En niet alleen dat. Het tiende hoofdstuk van Nieuwsgier behandelt hoe er na zijn dood in 1747 naar Weyerman werd gekeken, hoe zijn werk werd nagevolgd en hoe het inspiratie gaf. Ook dat blijft een interessant onderwerp.

Krap een maand nadat Nieuwsgier verschenen was, vond ik bij toeval een tekst waarin tientallen pagina’s uit De levens-beschryvingen der Nederlandsche konst-schilders en konst-schilderessen zijn hergebruikt.   

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Weyerman, de Shaftesbury van de Lage Landen?

zondag 16 juni 2024 – Weyerman beoefende alle drie de hoofdgenres: lyriek, dramatiek en epiek. Maar of hij nu gedichten of liederen schreef, blijspelen, verhalen of een oplichtersroman, steeds maakte hij gebruik van teksten van anderen.

Naast humoristische en ironische teksten staan in Weyermans tijdschriften ook korte essays met een meer wijsgerige inhoud. Weyerman was echter geen baanbrekend denker, maar wel een groot stilist. Ook voor die filosofische teksten was hij schatplichtig aan het werk van buitenlandse auteurs. Hij plunderde de Conferences du Bureau d’adresse van Théophraste Renaudot (1633-1641), ontleende fragmenten aan The anatomy of melancholy van Robert Burton (1621) en vertaalde zonder bronvermelding uit het werk van Owen Felltham en John Spencer. Dat zijn allemaal zeventiende-eeuwse werken van zeventiende-eeuwse auteurs. 

Het bijzondere nu is dat Weyerman ook teksten ontleende aan het werk van zijn generatiegenoot, de filosoof Shaftesbury, voluit Anthony Ashley Cooper, derde graaf van Shaftesbury (1671-1713).[1]

Lees verder
Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen