zondag 2 oktober 2011 – Hella Haasse sprak dikwijls over haar liefde voor de achttiende eeuw en haar zoektochten in achttiende-eeuwse archieven. Hieronder een paar citaten:
In de achttiende eeuw was het schrijven van zelfportretten, zoals ik die van Charlotte Sophie heb gebruikt, erg in de mode. Ik houd van dat genre, je kunt een mooie contrastwerking krijgen als ze vergezeld gaan van mededelingen en opinies van anderen. Ik vind ze zelfs interessanter dan getekende of geschilderde portretten.
Naar aanleiding van de historische roman Mevrouw Bentinck (1978) zei de schrijfster:
In de eeuw van de Verlichting is er in de geest van de mensen iets opgeroepen wat we ons nog niet helemaal eigen hebben gemaakt. Voor mijn roman over Charlotte Sophie Bentinck moest ik mij door een enorm archief worstelen. Toen ik haar brieven openvouwde, viel het zand waarmee die brief vroeger is afgevloeid in mijn handen. Voor zulke details ben ik erg gevoelig. Jammer, brieven zijn in diskrediet geraakt, door e-mail en de mobiele telefoon. (uit Elsevier).
Toen ze in 2006 in het Rijksmuseum het eerste exemplaar van Nederlandse kunst 1700-1800 in ontvangst nam, zei Haasse niet meer in staat te zijn naar archieven te gaan. Over de achttiende eeuw bekende ze:
Het is een late liefde. Mijn jeugdjaren heb ik doorgebracht in fascinatie voor de middeleeuwen en renaissance. (uit Trouw)
¶ Gefilmde interviews met Hella Haasse, onder andere over de achttiende eeuw, vind je in het Haasse Museum (tijdlijn: 1978).